Hayo Galema: het ‘oliemannetje’ van de binnenstad

Lezers van ons magazine kennen de columns van binnenstadsmanager Hayo Galema ondertussen wel, maar hij doet veel meer dan leuke tekstjes schrijven voor onze prachtige magazines. Hij vervult belangrijke taken in de Leeuwarder binnenstad. We zoeken hem op in de Blokhuispoort om te kijken hoe corona de Leeuwarder binnenstad heeft beïnvloed.

Voor de mensen die jou dus nog niet kennen: wie ben je en wat doet een binnenstadsmanager eigenlijk?

“Ik ben Hayo Galema! Alhoewel veel mensen denken dat ik voor de gemeente werk, werk ik voor de ondernemerscollectieven die samen de stichting Binnenstadsmanagement hebben opgericht. Ik ben eigenlijk het ‘oliemannetje’ van de binnenstad. Als er ergens iets stroef verloopt, kom ik met mijn oliekannetje en probeer bijvoorbeeld problemen en knelpunten op te lossen. Daarnaast probeer ik ervoor te zorgen dat mensen met elkaar in contact komen, praat ik mee in gemeentelijke overleggen over ondernemerskwesties en zijn wij verantwoordelijk voor dingen als sfeerverlichting, veiligheid en levendigheid. Zo proberen we om het samen wat economisch bloeiend en gezellig te maken.”  

Hoe heeft het coronavirus de binnenstad beïnvloed en hoe was het om in die eerste weken door zo’n stille stad te lopen?

“Heel apart, het leven stond in één keer stil. Normaal gesproken zijn er zo’n 150.000 wekelijkse bezoekers in de stad, dus dit was wel even een schok. Alle horeca was verplicht gesloten en de geopende winkels zagen hun omzet met wel negentig procent dalen. In de eerste paar weken heb ik veel met ondernemers gesproken en gevraagd wat we bijvoorbeeld met zijn allen kunnen doen, maar je kan niets.”

“We hebben in samenwerking met Welkom in Leeuwarden de website winkelsleeuwarden.nl opgericht (een website met bedrijfsinformatie over lokale winkels waar je bijvoorbeeld openingstijden, betalingsmogelijkheden en sociale media kan vinden, red.). Daarnaast hebben we goed contact gelegd met de Wethouder van Economische Zaken, Friso Douwstra. In wekelijkse videovergaderingen hebben we met elkaar overlegd wat er speelt, waar de behoefte lag en hoe we dat voor elkaar konden krijgen. De gemeente was erg bereid om te helpen waar het kon.”

Wat hebben jullie zoal voor elkaar gekregen?

“We hebben bijvoorbeeld extra terrasruimte geregeld voor de horeca, zodat het handhaven van de anderhalvemeter-regel makkelijker werd. De gemeente heeft die toestemming snel verleend, wat erg tof is. Daarnaast hebben wij geprobeerd om samenwerkingsverbanden te stimuleren. Er is toevallig onlangs op het Wilhelminaplein een extra stadsterras geopend. Ook in de Blokhuispoort wordt een groot beach-terras geopend, een samenwerking tussen Roast en De Bak. Dat zijn hele goede dingen.”

Het aantal corona-gevallen is gelukkig aan het afnemen. Hoe gaat het nu in de binnenstad?

“Beter! Maar we zitten nog lang niet op het oude niveau. Het toerisme komt nu langzamerhand weer een beetje op, dus de meest recente cijfers heb ik niet, maar ik schat dat we op zo’n zestig procent zitten van het aantal bezoekers dat we voor de crisis hadden.

Voor de crisis waren wij al bezig met een langetermijnvisie voor de binnenstad. Er zit een verschil tussen runshoppen, waarbij je snel een boodschap doet, en funshoppen, waarbij je lekker rustig aan doet. De binnenstad zal zich steeds meer op de funshopper richten. Hoe richt je je stad daarop in? Wij waren voor de coronacrisis al bijvoorbeeld bezig met plannen om een deel van de stad autoluw te maken en om een deel groener te worden, zoals het bezorgen met elektrische voertuigen. Dat wordt nu alleen maar versterkt. Dat wordt, denk ik, de basis om de binnenstad een prettige plek te maken. Een plek waar je graag verblijft door een aantrekkelijke combinatie van winkels, horeca, cultuur en evenementen.”

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *