De kogel is door de kerk. Het WTC project gaat door. Dus niet alleen het Cambuurstadion, maar het totale plaatje.
Ik vind dat er steeds te veel nadruk gelegd wordt op alleen het stadion, waardoor er een verkeerd beeld ontstond van het belang van dit project. Het zorgt namelijk voor een boel werkgelegenheid en dat is natuurlijk iets waar we in Leeuwarden om zitten te springen. Dat er ongeveer 20 keer per jaar een voetbalwedstrijd is, zorgt inderdaad wel voor wat drukte maar dat valt volgens mij wel in goede banen te leiden.
Maar nu begint het spel. Er komt bijvoorbeeld een groot “leisure park”; klimmerij, trampolines etc. Nu begreep ik dat de plaatselijke ondernemers in die branche zich daar wat zorgen over maken. Er is in de omgeving al veel van dat soort vermaak (diverse Monkeytowns, trampoline hallen) en zij vrezen dat zo’n park in het WTC-gebied het uiteindelijk niet gaat redden. Snap ik.
Wat mij bevreemdt is dat deze ondernemers niet benaderd zijn door het college om hierin gehoord te worden. Ja, misschien eens een oproep om in te spreken op een avond tijdens een bijeenkomst van de raad. Maar niet even persoonlijk er langs gaan of een persoonlijke uitnodiging voor een speciale bijeenkomst of iets dergelijks. Zo neem je de plaatstelijke ondernemers niet serieus en passeer je ze zelfs. Ze worden weer opgezadeld met concurrentie van buitenaf en dat is een slechte zaak.
Maar goed, in de hele aanloop naar dit project heeft het college al een duidelijk brevet van onvermogen afgegeven met verdwenen brieven, geheime bijeenkomsten en weet ik wat voor blunders nog meer. Dat hele project had volgens mij allang gerealiseerd kunnen zijn, maar enig zakelijk inzicht en handelen is de verantwoordelijke ambtenaren vreemd.
Als rasechte liwwadder en cambuursupporter ben ik in ieder geval blij dat het project definitief doorgaat. Een aanwinst voor de stad.
Ik hoop dat we ooit een keer een college krijgen die uit die cocon komt waar ze in zitten. Kijk en luister een keer goed naar je burgers en ondernemers en doe daar eens serieus wat mee.
SCC!
Groet,
Richard